Kralingen en Rotterdam in de 19e eeuw
In die tijd bestond ambachtsheerlijkheid Kralingen uit meerdere buitenplaatsen. De meeste lagen ten noorden van de Oude Dijk en de ‘s-Gravenweg, grenzend aan of met uitzicht op de Kralingse Plas. Namen zoals Jericholaan en Jeruzalemstraat verwijzen naar enkele van die buitenplaatsen. Aan de zuidzijde van de Oude Dijk lagen Slot Honingen, buitenplaats Woudestein en buitenplaats Zomerlust met daarachter de boerderij Trompenburg, de naam die voortleeft tot op de dag van vandaag. De buitenplaatsen werden gebouwd als weekend- en zomerverblijf, maar later werden ze het hele jaar bewoond. ‘Zomerlust’ door familie Smith, later Van Hoey Smith. De tuin achter het huis werd aangelegd in de Engelse (late) landschapstijl en vanwege de grote passie voor bomen begon familie Van Hoey Smith met de aanleg van een bomenverzameling, een arboretum. Door de grote vraag naar arbeidskrachten in de haven van Rotterdam stroomden havenarbeiders van heinde en verre toe. De woningnood was groot en Rotterdam bouwde huizen waar het maar kon. Ook de Kralingse buitenenplaatsten ontkwamen niet aan de expansiedrift. In 1895 werd Kralingen geannexeerd door Rotterdam en verschillende buitenplaatsen moesten letterlijk het veld ruimen voor arbeiderswoningen. Het was een tijd vol veranderingen op maatschappelijk gebied. Buitenplaats Woudestein werd verkocht aan de gemeente Rotterdam. Een deel van het terrein werd verhuurd voor harddraverijen en een ander deel werd gemeentelijk sportterrein. Buitenplaats Zomerlust, inmiddels omgedoopt in buitenplaats Trompenburg, bleef behouden en ging een schakel vormen in de ‘Groene Long’ van Rotterdam.
1958 – 2008: ‘Arboretum Trompenburg’
In deze periode wordt Trompenburg door de familie Van Hoey Smith in eigendom overgedragen aan de Stichting Bevordering van Volkskracht waarbij een onderhoudsfonds wordt gecreëerd.
Verschillende generaties Smith en later Van Hoey Smith bewoonden Trompenburg. In 1950 komt het beheer in handen van J.R.P. van Hoey Smith. Vanaf die tijd groeit de collectie bomen explosief. Vooral eiken, beuken, rododendrons en succulenten waren zijn grote passie. In 1958 wordt Stichting Arboretum Trompenburg opgericht. Vanaf dat moment wordt de tuin op beperkte schaal opengesteld voor publiek. De tuin wordt in 1960 uitgebreid met Tuin Woudestein en Perenhof. In 2000 wordt Tuin Excelsior aan Trompenburg toegevoegd.
In 1996 breekt een nieuw tijdperk aan voor Trompenburg. Ing. Gert Fortgens wordt aangesteld als directeur/hortulanus van Stichting Arboretum Trompenburg en neemt hiermee het stokje over van vier generaties Van Hoey Smith. De openstelling wordt verruimd en er komt een modern entreepaviljoen, geschonken door Stichting Bevordering van Volkskracht. Bezoekers van Trompenburg kunnen hier informatie krijgen en iets drinken aan de leestafel.